Zorgverleners zijn in 2023 niet veel meer digitale zorg gaan gebruiken dan het jaar daarvoor. Een paar digitale middelen worden wel meer gebruikt. Voorbeelden zijn apparaten waarmee verpleegkundigen op afstand kunnen aangeven welk medicijn een patiënt op welk moment moet innemen. Of waarmee ze in de gaten kunnen houden of iemand thuis in gevaar is. Doordat deze apparaten een deel van het werk van verpleegkundigen overnemen, hebben zij meer tijd voor andere zorgtaken. Sommige digitale middelen waren in 2022 al bij bijna alle zorgverleners in gebruik, zodat het gebruik in 2023 hetzelfde bleef. Denk aan het patiëntportaal waarin patiënten uitslagen van onderzoek kunnen zien, en een e-mail naar de dokter kunnen sturen, het e-consult.

Mensen met een praktische opleiding en ouderen maken nog steeds minder gebruik van digitale middelen. Verder valt op dat patiënten niet al het digitale zorgaanbod gebruiken, zoals het e-consult. De meningen van zorggebruikers over digitale zorg zijn verdeeld: ongeveer de helft van hen wil het meer gaan gebruiken, de andere helft is juist terughoudend. Het aantal zorggebruikers dat heel negatief is over digitale zorg is sinds 2021 gelijk gebleven. Voor de toekomst is het nodig digitale zorg meer een onderdeel te maken van de zorg als geheel. Als onderdeel van het dagelijkse werk van zorgverleners, kan het taken worden vervangen zonder dat het extra werk oplevert. Ook moeten zowel zorgverleners als patiënten ervaren dat het hen helpt. Verder is het belangrijk dat patiënten makkelijk digitale zorg kunnen gebruiken

Vergelijkbare berichten